Een fundamentele hervorming van de verhouding tussen mens en natuur is noodzakelijk voor een leefbare toekomst. Jessica den Outer geeft hiervoor een krachtig pleidooi in Rechten voor de natuur. Ze omschrijft hoe de natuur continu wordt verwoest maar dat natuurwetgeving tekortschiet, omdat de natuur een eigen stem mist.
Door Luc Horsten
De natuur centraal
Waarom hebben we zulke uitgebreide wetgeving voor de bescherming van de natuur, maar lijkt de gezondheid van de natuur steevast te verslechteren? Den Outer legt met deze vraag een belangrijk probleem bloot. Op de een of andere manier lijkt klimaatactivisme slechts symptoombestrijding, terwijl er volgens haar juist in deze tijd een overvloed aan goedbedoelde wetgeving voor natuurbescherming bestaat. De kern van dit probleem is volgens haar het verkeerde uitgangspunt in het recht.
De wetgeving omtrent natuurbescherming is geschreven vanuit een antropocentrisch wereldbeeld. Dit heeft tot gevolg dat de natuur wordt gezien als een object dat door de mens gebruikt mag worden, zolang dit geen al te ernstige gevolgen heeft. De wetten hebben dus met name een remmende functie: het remmen van destructie. Om het floreren van de natuur te garanderen dienen we de natuur als subject te benaderen, en niet als object dat in dienst moet staan van de mens. Den Outer pleit in dit boek dan ook voor een ecocentrische benadering in het recht, waarbij het welzijn van het ecosysteem centraal staat.
Een juridische geschiedenis
Het is niet gemakkelijk om een tekst te schrijven die bol staat van juridische informatie, en daarnaast ook aantrekkelijk en leesbaar is. Den Outer heeft het toch voor elkaar gekregen de juridische geschiedenis van de rechten voor de natuur op soepele en heldere wijze te beschrijven. Door het werk heen komen we voorbeelden tegen van rechtszaken waarin wordt gevochten voor de bescherming van natuurgebieden. Samen vormen deze zaken een juridische basis van een ecocentrische benadering in het recht. Met al deze rechtsconstructies, uitspraken en wetten hebben we een aanzienlijke geschiedenis waarop we in de toekomst kunnen voortbouwen. Het is alleen wel de vraag wie er dan precies verantwoordelijk is voor het opbouwen van deze toekomst.
Op verschillende plekken in het boek trekt Den Outer de vergelijking tussen de geschiedenis van de vrouwenrechten en tot slaaf gemaakten enerzijds en rechten voor de natuur anderzijds. De eersten die voor vrouwenrechten pleitten en tot slaaf gemaakten als mensen waagden te zien stuitten op bespotting. Tegenwoordig zijn vrouwenrechten echter – in grote delen van de wereld – een vanzelfsprekendheid en houdt nagenoeg niemand het idee erop na dat een mens tot iemands eigendom kan behoren. Op dezelfde wijze moeten we rechten voor de natuur benaderen. Bomen met een eigen stem en rivieren met rechtspersoonlijkheid klinkt velen nog raar in de oren, maar in de toekomst zal dit moment de geschiedenis ingaan als het begin van een nieuw wereldbeeld.
Verantwoordelijkheid voor verandering
Volgens Den Outer gebeurt het zelden dat bestuurders en politici uit zichzelf zaken op zich nemen die ver in de toekomst liggen en niet direct in het belang zijn van burgers. Den Outer ziet dan ook via burgerbewegingen de mogelijkheid verandering te bewerkstelligen. De wil onder burgers is er al, alleen het vertrouwen dat onze stem daadwerkelijk iets bijdraagt ontbreekt nog. De talloze voorbeelden die Den Outer aandraagt, vergroten dit vertrouwen. Uit al deze zaken blijkt namelijk dat juist de volharding van burgers de doorslaggevende factor is. Zelfs binnen een antropocentrisch rechtssysteem weten mensen die hun stem laten horen verandering teweeg te brengen.
Wij burgers kunnen een prachtige aanzet geven tot hervorming. Maar Den Outer merkt ook op dat we wel in samenwerking moeten treden met experts en politici om een fundamentele omslag van het rechtssysteem te realiseren. Ze geeft toe dat hoewel burgers de politiek kunnen aanzetten tot actie, het uiteindelijk politici en bestuurders zijn die de veranderingen moeten doorvoeren. Aan het einde van het boek poneert Den Outer een lijst met manieren waarop burgers aanzet kunnen geven tot hervorming, maar een handleiding voor politici en bestuurders blijft helaas achterwege.
Noodzakelijk of meer?
Iemand die het uitgangspunt van Den Outers boek deelt, zal zich geroepen voelen om in actie te komen. Haar argumentatieve, andere benadering in het recht is namelijk erg sterk. De lezer blijft wel met de vraag zitten of een ecocentrische houding slechts een praktische noodzakelijkheid is om de natuur in stand te houden, of dat dit ook de essentiële verhouding tot de natuur is die de mens uit het oog heeft verloren. Sommige juridische zaken die Den Outer behandelt, lijken op het laatste te wijzen, maar dit komt niet altijd even expliciet naar voren.
Of een ecocentrische houding een essentiële levenswijze is voor de mens is misschien niet de belangrijkste vraag. Via het recht garanderen dat de natuur kan gedijen is de dringendere kwestie, omdat de vernietiging van de natuur dreigt. Hierin verschilt de kwestie rechten voor de natuur van de kwestie rechten voor de vrouw of tot slaaf gemaakten. Bij de laatste twee zaken is een solide argumentatie waarom vrouwen en tot slaaf gemaakten subject zijn erg belangrijk, om te garanderen dat rechten rotsvast in de grondwet staan. Rechten voor de natuur garanderen lijkt voornamelijk gegrond in de ernstige gevolgen van het alternatief.
In actie
Rechten voor de natuur biedt een grondige en toegankelijke geschiedenis van de juridische ontwikkelingen in het natuurrecht. Deze geschiedenis biedt een krachtig fundament voor de hervorming van ons wereldbeeld. De argumentatie voor deze hervorming lijkt meer gegrond voorkomen van kwalijke gevolgen, dan in de intrinsieke juistheid van het ecocentrisme.
Maar dit soort argumentatie is misschien overbodig, en zeker tijdrovend. Tijd hebben we alleen niet erg veel meer. Impliciet is de boodschap dan ook dat we gewoon moeten handelen, voordat het te laat is. Den Outer richt zich namelijk expliciet op de toekomst en schroomt niet om burgers concrete manieren te bieden om die tegemoet te treden.
Voor politici en bestuurders is het werk van Den Outer inspirerend, voor de burger is het ook activerend. De oproep is duidelijk: lees dit boek en kom in actie voor de rechten voor de natuur.
Jessica den Outer, Rechten voor de natuur, Rotterdam: Lemniscaat 2023
Dit artikel is verschenen in iFilosofie #72. Klik hier voor de volledige editie.