René Descartes
Filosofie is het streven naar wijsheid, maar wat mag toch die wijsheid zijn? Volgens mij niets hoogdravenders dan een zekere bezonnenheid in zaken. Wijsheid is de kennis die nodig is om het leven in eigen hand te nemen en je gezondheid in stand te houden. Wijsheid is het vermogen om de vrucht te plukken van kunsten en wetenschappen. Er zijn globaal twee methodes om wijs te worden: door schade en schande en door je er speciaal op toe te leggen. De laatste kan ik zeker aanraden, ook al zul je de eerste nooit geheel kunnen vermijden.
De vraag ‘Wat is wijsheid?’ is geen individueel probleem. De problemen met kennis beginnen pas als meerdere mensen het met elkaar eens moeten zijn, hetzij in de politiek, in de wetenschap of in zaken. Er is overeenstemming nodig om betrouwbare afspraken te maken en om af en toe eens iets van een ander te kunnen aannemen. Dan hoef je niet alles zelf te bedenken en kunnen er taken verdeeld worden. Voor overeenstemming zijn twee dingen vereist: er moet helder geredeneerd worden en betrokkenen moeten in staat zijn om de noodzakelijke common ground te vinden.
Het geheim van betrouwbare kennis is langzaam en foutloos redeneren vanuit glasheldere uitgangspunten. Iedere keten van redeneringen is zo sterk als de zwakste schakel. Als je met troebele uitgangspunten begint hoef je geen heldere uitkomst te verwachten. Daarom moet kennis op betrouwbare uitgangspunten zijn gebaseerd en moet je ermee beginnen om je uitgangspunten expliciet te maken. Als je daarin geslaagd bent hoef je alleen maar de rest van je inzichten ermee in overeenstemming brengen, door genadeloos stap voor stap door te redeneren.
Het stap voor stap redeneren valt mee, hoewel het geheugen zwaar belast wordt bij een lange en ingewikkelde redenering. Voor je het weet sla je iets over of sluipen er dingen binnen die in de redenering niets te maken hebben. Maar als je af en toe een beetje oefent, bijvoorbeeld met meer of minder ingewikkelde wiskundige bewijzen, dan is dit probleem niet zo groot. De lastigste opgave is het vinden van een uitgangspunt, de noodzakelijke common ground, dat werkelijk vrij is van vooroordelen. Daar zijn ook verschillende trucs voor. Volgens mij moet je op dit vlak niks willen bewijzen, maar juist zo vernuftig mogelijk alles wat je weet proberen onderuit te schoffelen. Wat er na zo’n exercitie eventueel overblijft is voor jou dan automatisch het meest zekere wat er te bereiken valt.
Het is heel nuttig om je eens in je leven met dit soort schijnbaar abstracte bespiegelingen bezig te houden. Ook wie enorm aan zinnelijke geneugten is gehecht gooit wel eens een zinvraagje op en piekert af en toe over de vergankelijkheid van het bestaan. Wie is er niet geïnteresseerd in de oorzaak van een misverstand? Ook als het lot je gunstig is gezind, en je een goede gezondheid en een glanzende carrière hebt, dan blijf je verlangen naar een zekerheid, groter dan alles wat je bezit, onvergankelijker dan al je spullen. Dat hoogste goed is weten wat er te weten valt en weten wat je moet doen. Wat is wijsheid? Het tegendeel van besluiteloosheid. Besluiteloosheid is de laagste graad van vrijheid. Hoe het zit met de hoogste graad van vrijheid, dat zoek je zelf maar uit.
Brief aan Picot, 1647, vertaald en bewerkt door René Gude