Slaap sukkel slaap

Tekst: Saskia Kalb

Over slaap denk je alleen maar na als het een issue is.

Normaal slaap ik als een roos, altijd en overal. Een begenadigd slaper ben ik, zij het een erg indiscrete. De mensheid, die ik overdag enigszins schuw, zoek ik ’s nachts op. Hele verhalen kan ik vertellen en mijn man heeft me regelmatig horen lachen en zingen (jawel) tijdens mijn nachtelijke bespiegelingen.

Dat kwam tot een abrupte stop toen ik een burn-out kreeg, gespannen insliep en er een droomloze staat volgde, waarin ik oplaadde als een soort robot. Nog erger was het wanneer ik een paniekaanval had gehad en ik helemaal uitgeput in slaap viel. Dat was een koude, metalen slaap, waaruit ik stijf van de adrenaline wakker werd.

Vervolgens kom je in een vicieuze cirkel, want doordat je fysiek verzwakt bent, raak je psychisch verzwakt. Labiliteit leidt tot gepieker, waardoor je de slaap nog moeilijker vat en de paniekaanvallen vrij spel hebben. Ik vind het dan niet vreemd, ook al is het een slechte langetermijnoplossing, dat mensen naar slaapmedicatie grijpen, want wat kun je je lamlendig voelen. Angsthaas die ik ben, heb ik dat zelf nooit gedurfd vanwege mijn angst voor afhankelijkheid. Ik heb persoonlijk veel baat gehad bij meditatie en ademhalingsoefeningen. Uiteindelijk vinden het lichaam en de geest meestal zelf weer evenwicht, weet ik inmiddels uit ervaring.

Pas toen ik me beter begon te voelen realiseerde ik me dat het feit dat je droomt meestal een teken is dat je blijkbaar voldoende in balans bent om de levenslust en creativiteit te hebben om überhaupt te kunnen dromen.

Ook de getraumatiseerde honden die we adopteerden uit het asiel begonnen pas te dromen na een ruime periode van liefde en rust. Het is het mooiste teken dat een hond begint te herstellen, wanneer zijn poten druk luchtfietsen en er een ingehouden blaf klinkt, die bestemd is voor zijn soortgenoten in de paradijselijke jachtvelden.

Nou zijn dromen natuurlijk niet altijd plezierig en menigeen heeft last van terugkerende nachtmerries. Mijn met lichte regelmaat intern afgespeelde horrorfilm is die waarin ik sta te genieten van een mooi uitzicht en een monstergolf van tientallen meters hoog op de kustlijn afkomt. Eerst sta ik nog even in bewondering te kijken en dan begin ik landinwaarts te rennen als een gazelle. Dat terwijl ik in het echte leven de 100 meter ren in bijna net zoveel seconden, dus naast de angst geniet ik ook, van mijn Olympische prestatie. Trots zei ik tegen mijn psychiater dat ik als een Inge de Bruijn (mijn generatie) over de golven beweeg en die beproeving altijd overleef. Alsof dat overleven een overtuigend bewijs was, voor hem en vooral voor mezelf, van mijn vechtlust en mentale veerkracht. Hij keek me meewarig aan en zei dat je nooit doodgaat in een droom vanwege de eenvoudige reden dat je zelf de droom creëert en niet tevens de regisseur én de acteur kunt zijn. Wat hij wel interessant vond, was het feit dat mijn dromen vaak over de zee gaan. Ook mooie, megalomane dromen, waarin ik in een groot watervliegtuig land op zee en omgeven word door walvissen en zeehonden, die me komen begroeten alsof ik een moderne Noach ben.

Ik woon in Frankrijk en in het Frans hebben de woorden voor moeder (la mère) en de zee (la mer) dezelfde klank. Mijn dromen zouden dus onopgeloste conflicten met mijn moeder kunnen zijn. Daar raakte hij een gevoelige snaar, maar mijn kritische geest wees deze theorie naar het land der fabelen, want de soms wat chauvinistische aard van een groots land indachtig, moet je constateren dat deze analogie alleen opgaat in de Franse taal.

Inmiddels weet ik dat je met een overdosis angstadrenaline, of dat nu door piekeren of door paniekaanvallen komt, niet moet blijven liggen. Die adrenaline moet er eerst uit, want alleen ontspannen val je in slaap. Dus wordt nogal eens aangeraden om een warme douche te nemen of een kop hete melk te drinken. Maar dat is voor mijn lichaam met een te gevoelig afgesteld alarmsysteem niet voldoende: ik moet met grof geschut komen. Dus als ik weer eens lig te draaien in bed, dan doe ik tegenwoordig wat buikspier- of andere lichamelijke oefeningen tot ik er moe van ben. Het ziet er wat vreemd uit: een weinig atletische vrouw van middelbare leeftijd, in een zijden nachthemdje zonder naden – want ook dit zou de slaap bevorderen – in de maansverduistering zwoegend op het sisaltapijt. Maar wie zou me zien. Dat is meteen ook het enige risico: dat mijn man nog eens over me heen struikelt op zijn nachtelijke gang naar de badkamer.

Deze methode is overigens zeer effectief gebleken en ik slaap vervolgens meestal heerlijk. Maar soms als ik de slaap daarna nog niet vat, dan is de beer los en laai ik het vuur nog verder op door kwaad te worden op mezelf: ‘Waarom kun je nou #&%#@ nog niet slapen, terwijl je zo moe bent?’ En vervolgens klinkt een andere, bezwerende innerlijke stem: ‘Wees toch eens wat vriendelijker.’ Een wiegeliedje voor mezelf moet uitkomst bieden ‘Slaap Sukkel Slaap, daar buiten…’.

Meer lezen? De schoonheid van angst van Saskia Kalb is verkrijgbaar als paperback en e-book. Ook kan je naar Saskia luisteren in de ISVW podcast.

Saskia Kalb werkte als econoom en registeraccountant in Monaco en leidde een ogenschijnlijk benijdenswaardig bestaan. Tot de façade instortte en ze een burn-out kreeg. Sinds haar jeugd leed ze aan een angststoornis die ze uit alle macht had proberen te onderdrukken. In de jaren nadien overwon ze niet haar angst, maar wel haar worsteling ermee. Saskia woont met haar echtgenoot en drie honden in Frankrijk.

Winkelwagen
Scroll naar boven